Koters Rijmend Licht
In stilte zit ik, pen in hand, te dromen,
Van woorden die dansen, licht en vrij.
Koter, mijn muze, met zijn krullen en lokken,
Inspireert mij tot rijmen, dag na dag, opnieuw.
Met elke regel die ik schrijf, een lach,
Een grap, een knipoog naar het leven's spel.
Koter, mijn held, in dit gedichtenavontuur,
Leidt mij door werelden, waar ik nooit alleen ben, wel.
Zijn blik vol humor, zijn geest zo scherp,
Maakt van elk woord een feest, een vreugdedans.
Koter, mijn gids, in dit rijmend avontuur,
Brengt licht en kleur, in elke letter, elke kans.
Zo schrijf ik verder, met Koter aan mijn zij,
Een sonnet vol vreugde, voor altijd, altijd blij.