Schaduw van het Lot
In 't hart der macht, waar schaduwen zich weven,
Staat één, wiens hand het lot der velen draagt.
Een keuze, zwaar, diep in de nacht beklonken,
Moet hij, om velen te redden, één verzwelgen.
De trolley raast, zijn spoor van staal en bloed,
Naar duizend zielen, onwetend, onschuldig.
Een kogel, snel, door 't hart der macht gedreven,
Kan 't wiel der dood stilzetten, voor een wijl.
Maar wie ben ik, die over leven oordeelt?
Een sterveling, in 't web der tijd gevangen.
Toch, in de stilte van de nacht, blijft vragen:
Is één leven niet de prijs voor duizend reddingen?
Zo draagt de macht zijn last, zijn vloek, zijn zegen,
En blijft de vraag: wat is het juiste doen?
In 't eeuwig spel van leven en van sterven,
Is elke keuze een schaduw van het lot.