Klap van de Nacht
In 't hart der nacht, waar stilte heerst en droomt,
Een zweep klapt, waar de tijd zich buigt en boet.
Domenetrix, waar kracht en wil zich roemt,
Waar ied're ziel haar eigen pad besluit.
De klap der zweep, een teken van het spel,
Waar grenzen worden verkend, waar lusten branden.
In ied're slag, een verhaal dat zich ontspelt,
Waar vrijheid en gebondenheid elkaar verstande.
Domenetrix, o gids in 't duister licht,
Die leert dat kracht in overgave schuilt.
In ied're klap, een les, een wijs gericht,
Dat ied're ziel haar eigen kracht ontluikt.
Zo klapt de zweep, een symbool van de macht,
Waar ied're ziel haar eigen vrijheid wacht.