Sterrenfluister
Lia staart naar de hemel, waar Robert nu woont,
Een verjaardag vieren, maar hij is er niet.
Haar hart vol gemis, dat diep in haar groeit,
Een leegte die niets en niemand meer vliedt.
De kaarsjes branden, maar hij ziet het licht niet,
Een wens die ze deelt met de stille nacht.
Zijn lach, zijn stem, nu enkel in herinnering zit,
Een pijn die haar ziel in stilte omdraagt.
Ze fluistert zijn naam, hoopt dat hij het hoort,
Een boodschap van liefde, door wind meegevoerd.
De sterren lijken te knipogen, een teken misschien,
Dat Robert naar beneden kijkt, vanuit zijn rijk van goud en groen.
Lia sluit haar ogen, voelt zijn aanwezigheid dichtbij,
Een moment van vrede, in haar hart vol gemis en pijn.