Wolkenheld
Daar zit ik, een passagier met een droom,
In de cockpit, waar de magie begint te stromen.
De piloot lacht, 'Kijk maar goed', zegt hij,
Terwijl we dalen, door wolken, zo vrij.
De stad komt in zicht, een lichtjespatroon,
Ik voel me een held, in mijn eigen toon.
'Landen is kunst', fluistert hij zacht,
En ik, ik geniet van dit unieke pracht.
Met een zachte bump raken we de grond,
Een applaus klinkt, het geluid is gezond.
Ik stap uit, een verhaal rijker,
Een passagier, die even piloot mocht zijn, zo blijker.