Eeuwige Spiegel van de Zee
Waar golven dansen, eeuwig vrij,
Daar ligt de zee, een mysterie.
Haar diepten roepen, diep en klaar,
Een wereld vol van wonderbaar.
De stormen razen, woest en fel,
En brengen poep, wat vreemd spel.
Maar in haar schoot, zo kalm, zo breed,
Vindt elke ziel haar eigen vrede.
De oceaan, een spiegel groot,
Van tijd en ruimte, eeuwig bloot.
Haar stem, een lied, zo diep, zo rein,
Verbindt ons allen, één geheel, één zijn.