Bijzonder Gewoon
In 't kantoor, waar wij samen de dagen doorbrachten,
Waar wij werkten, lachten, soms ook wat zuchten,
Sta jij nu, met tas in de hand, gereed voor nieuwe pachten.
Een bijzonder gewoon, dat wij samen hebben gesluchten.
Jouw lach, die klonk als een heldere klok,
Jouw grappen, die ons vaak deden schudden van plezier,
Zal missen wij, als een schip zonder stok.
Maar vreugde en vriendschap, die blijven hier.
Dus ga nu, met moed en een hart vol vuur,
Naar nieuwe avonturen, naar een ander uur.
En weet, dat hier in dit kantoor, jouw plek blijft bestaan,
Als een bijzonder gewoon, dat nooit zal vergaan.